De oorlog in Oekraïne heeft een significante invloed gehad op de wapenproductie binnen Europa. Volgens de Financial Times hebben Europese wapenfabrikanten hun productiecapaciteit in de afgelopen vier jaar verdrievoudigd. Een analyse van duizend satellietbeelden toont aan dat op 150 locaties van 37 wapenfabrikanten grootschalige uitbreidingen hebben plaatsgevonden.
Deze uitbreidingen zijn mede gefinancierd door de Europese Unie, die na de Russische inval in Oekraïne een ondersteuningsfonds van 500 miljoen euro beschikbaar stelde. Momenteel zijn er onderhandelingen gaande over een nieuw defensieprogramma waarvoor maar liefst 1,5 miljard euro wordt uitgetrokken.
In Hongarije, bij de stad Várpalota, illustreert een grote uitbreiding van een fabriek de toegenomen focus op munitieproductie. Het Duitse bedrijf Rheinmetall, in samenwerking met het Hongaarse staatsbedrijf N7, heeft hier fors geïnvesteerd. Recentelijk startte de productie van 30 mm kogels en er zijn plannen om binnen drie jaar ook kogels voor de Leopard 2-tank te gaan produceren, die momenteel wordt ingezet in Oekraïne.
Experts zien deze uitbreiding als een longitudinale shift in de Europese defensiebereidheid. De verschuiving van een 'just-in-time' productiemodel naar een robuustere oorlogsvoorbereiding toont aan dat Europa zich serieuzer dan ooit voorbereidt op mogelijke toekomstige conflicten.
Gezien deze ontwikkelingen rijst de vraag naar de lange termijn consequenties van deze toegenomen militaire productie. Zal Europa in staat zijn om deze capaciteit in de toekomst af te bouwen, of is dit het begin van een nieuwe standaard in defensievoorbereiding?
